Ik kan echt heel blij worden van lekkere sausjes!

Fruitige tomatensausjes, pikante sausjes, sausjes tot de nok toe gevuld met groenten, sausjes met wijn, sausjes met bier, zoete sausjes, sausjes met heel veel knoflook, luxe sausjes, salsasausjes (oké, dat is een beetje dubbelop), slasausjes, mayonaisesausjes, smeerbare sausjes, mediterrane sausjes, oosterse sausjes, uiensausjes, kaassausjes... 

Sausjes, sausjes, sausjes... 

En oh, laat ik de roomsausjes niet vergeten! Mmmmm!!

Gisteren gingen we hier in huis weer eens door de knieën voor een werkelijk fantastische roomsaus: een saus met een flinke scheut - en dan meen ik ook echt een flinke scheut! - madera erdoorheen. Er gingen ook nog kappertjes in; lekker fris, maar dat was natuurlijk niet echt waar het om draaide. 😉

Wij aten er deze keer tartaarballetjes met verse tuinkruiden bij. En kleine aardappelkroketjes. Als groente koos ik voor kort in olijfolie geroerbakte bimi met een bite. Niet slecht voor een doordeweekse hap, toch?!

Romige maderasaus: gouwe ouwe!

Het is nog een gouwe ouwe uit mijn studententijd, deze saus. 

Maar vervelen doet hij nooit! Niet zelden maak ik hem als speciaal verzoekje van Victor, mijn man.

De saus is multi-inzetbaar!

Hij smaakt werkelijk overal bij. 

Denk aan een malse gegrilde ribeye, een knapperig gebakken kippetje uit de oven, een elegante kalfsschnitzel, een stoere kalfshamburger of een sappige varkenskarbonade.

Het is altijd feest met deze romige en tegelijkertijd frisse saus! 

Ook als we gourmetten, barbecueën of  fonduen staat hij op tafel. Waar vinden jullie hem het lekkerste bij smaken?

Kruidige tartaarballetjes!

Voordat ik dit blog afsluit nog even iets over de tartaarballetjes. 

Ook daar gaan kappertjes in, zodat ze qua smaak perfect aansluiten bij de saus. 

En daarnaast nog versgehakte peterselie (gebruik wel platte peterselie; die heeft zo veel meer smaak dan krulpeterselie), zoete sjalotjes, een paar theelepeltjes ketchup, kruidige worcestersaus, en - voor de pit - een paar druppels tabasco.

Braad je tartaartballetjes kort in een hete pan, zodat ze vanbuiten lekker bruin worden en tegelijkertijd vanbinnen nog een beetje rauw zijn. Althans, zo vind ik ze het allerlekkerste!

Veel plezier met dit recept!

Tartaarballetjes met een boozy en toch romig maderasausje

Ingrediënten voor een hoofdgerecht voor 4 personen:

Voor de tartaarballetjes:

• 600 gram tartaar van een goede kwaliteit (liefst van de slager en niet uit de supermarkt)
• 2 eetlepels zeer fijn gehakte sjalotjes
• 4 theelepels zeer fijn gehakte kappertjes
• 2 eetlepels gehakte platte peterselie
• 3 theelepels worcestersaus
• enkele druppels tabasco
• 4 theelepels tomatenketchup
• zout en versgemalen zwarte peper naar smaak
• plantaardige margarine voor het braden van de tartaarballetjes

Voor de maderaroomsaus met kappertjes:

• 25 gram plantaardige margarine
• 25 gram bloem
• 250 ml krachtige, niet te flauwe vleesbouillon (zelfgetrokken is het lekkerst, maar van een blokje is ook prima)
• ¼ liter slagroom (ongeklopt en ongezoet)
• 60 ml madera (en meestal zelfs wat meer...)
• 3 eetlepels medium sherry
• 1 eetlepel worcestersaus
• versgemalen zwarte peper
• 2 à 3 eetlepels kappertjes

Extra:

• 600 gram aardappelkroketjes
• plantaardige olie om in te frituren
• 500 gram bimi
• de blaadjes van een paar takjes tijm, fijngehakt
• olijfolie
• zout en versgemalen zwarte peper

Bereiding:

1. Verwarm de frituurolie voor de kroketjes.
2. Maak de bimi schoon en snijd elk stronkje in twee of drie stukjes.
3. Vermeng alle ingrediënten voor de tartaarballetjes. Proef en voeg eventueel nog wat peper of zout toe; tartaar kun je rauw proeven.
4. Draai van het vlees kleine balletjes iets groter dan een walnoot.
5. Ga verder met de saus. Smelt daartoe de margarine in een steelpannetje.
6. Roer de bloem erdoorheen. Laat het mengsel, de roux, op een laag pitje een paar minuten garen.
7. Voeg vervolgens beetje bij beetje de bouillon toe. Roer de saus elke keer eerst glad alvorens de volgende hoeveelheid bouillon toe te voegen.
8. Geef de saus zijn karakteristieke smaak door de room, de madera, de sherry, een beetje worcestersaus, de versgemalen zwarte peper en de kappertjes erdoor te roeren. Proef ook nu weer en voeg eventueel nog wat zout of een beetje van de andere smaakmakers toe. 
9. Verhit wat margarine in een koekenpan of braadpan. Verhit in een andere pan (of wok) wat olijfolie. Frituur ondertussen de aardappelkroketjes en laat ze uitlekken op keukenpapier.
10. Braad de tartaarballetjes zoals je ze het liefste hebt (rood vanbinnen zijn ze overigens het allerlekkerste voor de combinatie met deze saus).
11. Roerbak tegelijkertijd ook de bimi onder toevoeging van de tijm, een beetje zout en wat peper. De bimi moet beetgaar blijven, dus je hoeft hem niet langer dan een paar minuten te wokken. 
12. Serveer de tartaarballetjes met de maderaroomsaus, de aardappelkroketjes en de bimi.

Tip:

Deze hoeveelheid saus is voldoende voor 4 personen. Maar als wij er aardappelkroketjes bij eten, kom ik wel eens in de verleiding om de dubbele hoeveelheid te maken. Het is zo lekker om ook de kroketjes uitgebreid in de saus te dopen...

Deze sausjes vind je misschien ook lekker:

Zelfgemaakte uienmarmelade

Romige truffelmayonaise

Chimichurri, een typisch Argentijnse salsa

Ben je op zoek naar een vrolijk oranje gerechtje voor Koningsdag? Wat dacht je van deze kleurige wortelsalade? Daarvan krijg je toch instantaan een glimlach op je gezicht! En nog beter: kinderen ook!

De salade staat binnen twee minuten op tafel. Komt dat even goed uit, want je hebt op Koningsdag wel wat beters te doen dan lang in de keuken te staan. 

Ik wens je een heel plezierige dag!

Vrolijke oranje wortelsalade voor Koningsdag

Ingrediënten voor een bijgerecht voor 3 à 4 personen:

• 500 gram kant-en-klaar geraspte worteltjes
• 3 flinke eetlepels goede mayonaise 
• 2 eetlepels extra vergine olijfolie
• ±4 theelepels grove Limburgse mosterd
• ±2 eetlepels vloeibare honing
• zout en versgemalen zwarte peper

Bereiding:

1. Roer een sausje van alle ingrediënten vanaf de mayonaise tot en met de peper. Proef en voeg eventueel nog een beetje van een of meer smaakmakers toe.
2. Schep de dressing vlak voor het serveren door de worteltjes. Klaar! 

Tip:

Om de salade zo Hollands mogelijk te maken gebruikte ik Tons Hollandse Majoneis. Die is licht gezoet met honing. Ik had daarom wat minder honing nodig dan de 2 eetlepels uit het recept. Hoeveel je precíes gebruikt? Dat is helemaal aan jou! Goed proeven dus voordat je je salade op tafel zet!

Mini-gerechtje met een zelfgemaakt rundervinkje

Heb je al eens zelf rundervinkjes gemaakt?

Onder aan dit blog vind je het recept voor de allerlekkerste kleine vinkjes, gemaakt van rolletjes verrukkelijk gekruid mager rundergehakt omwikkeld met malse plakjes rosbief. Een lichtpikante, krachtige jus maakt het gerecht helemaal af! 

Serveer je rundervinkjes met zijn drieën als hoofdgerecht, maar denk ook eens aan de mogelijkheid om ze in een mini-gerechtje te verwerken. Ideaal voor een veel-gangenmenu ter ere van een speciale gelegenheid!

Keuzestress in een restaurant?

Kennen jullie dat ook: keuzestress in een restaurant? Vaak staan er zo veel lekkere dingen op de kaart dat je moeilijk kunt kiezen!

Gelukkig hebben veel restaurateurs hier tegenwoordig begrip voor. Wat ze doen? Ze bieden hun gerechten gewoon aan in kleinere porties, zodat hun klanten (veel) meer dan één bordje eten kunnen proeven! 

Ideaal voor lekkerbekken!

Hoe organiseer je een speciale mini-gerechtjes-avond!

Krijg je thuis eters, dan kun je zelf ook met dit concept aan de slag gaan. Organiseer eens een veel-gangenmenu met allemaal mini-gerechtjes. 

Zeker weten dat je gasten enthousiast zullen reageren! Ze kunnen op deze manier niet alleen optimaal kennis maken met alle aspecten van je kookkunsten, zo'n lange avond tafelen staat ook garant voor uren gezelligheid!

Tips voor een mini-gerechtjesmenu

Lijkt het je moeilijk om het menu voor zo'n mini-gerechtjes-avond samen te stellen? Ik heb wel wat tips voor je.

• Bouw je menu op van lichte naar wat zwaardere gerechten. 
• Begin met een lichte amuse op een mini-bordje, in een klein schaaltje of in een glaasje. Een paar hapjes zijn voldoende. Voorbeeld: kruidige couscoussalade met gemarineerde kipblokjes en groene paprika. 

• Vervolg met een frisse salade, eventueel gevuld met vlees, vis of gevogelte. 
• Een koffiekopje of glaasje met soep doet het altijd goed als derde gang. Voorbeeld: een kopje romige soep van geroosterde tomaten en puntpaprika's. 

• Idealiter volgt dan een warm visgerecht zonder al te veel koolhydraten, maar wel met wat verse groenten (en eventueel een lekker sausje). 
• Een warm groentegerecht is ook altijd een aanrader. Kies in dit stadium van de maaltijd voor de toevoeging van een eiwitproduct, zoals peulvruchten (linzen, elegante dubbel gedopte tuinboontjes, kikkererwten, etc.) of paddenstoelen. 
• Wat dacht je vervolgens van een gevogeltegerechtje? Voorbeeld: mini-kipschnitzeltjes met een tapenade met pijnboompitten.

• En daarna iets met vlees en aardappels, rijst of pasta? Voorbeeld: de rundervinkjes uit het recept van vandaag.
• Serveer ook je dessert helemaal in stijl: op kleine bordjes of in glaasjes. Voorbeeld: mini-trifles van chocoladecake met vers zomerfruit. 

• Bij de koffie en de thee horen natuurlijk kleine porties gebak of chocolaatjes! Voorbeeld: financiers met abrikozenjam, rum en geroosterde amandelen.

• Wil je een kaasgang invoegen - ook weer in mini-uitvoering - doe dit dan voor het zoete dessert.
• Je hoeft natuurlijk niet alle hierboven voorgestelde gangen te serveren. Maak zelf een keuze afhankelijk van de grootte van je gerechtjes.
• Het is het leukste als je in je hele menu een bepaald thema aanhoudt: kook alles in mediterrane stijl bijvoorbeeld of maak er een oosterse avond van. 
• Kies voor gerechten die makkelijk (deels) voor te bereiden zijn. Dat maakt het leven voor jou als kok behoorlijk rustiger.
• Nog een aanrader: maak een werkschema, zowel voor de avond van je etentje zelf als voor de voorbereidingen. Zo voorkom je dat je in tijdnood komt of dat je iets vergeet, bijvoorbeeld een bepaalde garnering. 
• Je hebt voor dit concept vrij veel serviesgoed en misschien ook bestek nodig. Je zou je gasten kunnen vragen om zelf wat mee te nemen. Dat ziet er ook leuk uit: elke gang eet je van andere bordjes! 
• Vind je zo'n mini-gerechtjes-maaltijd te bewerkelijk voor één thuiskok? Je kunt ook een paar gangen uitbesteden aan gasten die graag koken. Geef dan wel duidelijke instructies over de aard en de grootte van de gerechten. 
• Op dit blog vind je veel gerechten, die feestelijk genoeg zijn voor een menu als dit. Neus maar eens lekker rond! 

Mini-gerechtje met een zelfgemaakt rundervinkje

Het recept van vandaag, een klein gerechtje van een zelfgemaakt rundervinkje, gebakken aardappeltjes en een verrukkelijke jus, is ideaal voor een mini-gerechtjes-avond. 

Je kunt de aardappeltjes al ruim van tevoren bakken. Even opwarmen in een koekenpan met anti-aanbaklaag is snel gebeurd.

Ondertussen kun je je rundervinkjes braden. Die hebben maar een kleine tien minuten nodig.

Zelfgemaakte rundervinkjes als hoofdgerecht

En mocht je nou geen zin hebben in zo'n speciaal menu: braad dan wat meer rundervinkjes - 3 per persoon is een mooie portie - en serveer ze als een 'normaal' hoofdgerecht. 

Zaak is wel dat je deze vinkjes een keer proeft, want ze zijn bijzonder lekker. Ze lijken in niets op de vette, veel te zoute slavinken uit de supermarkt.

Je maakt het magere rundergehakt voor de vulling helemaal zelf aan met een heerlijk mengsel van specerijen en verse tuinkruiden. Van het gehakt rol je kleine worstjes, die je vervolgens inpakt in malse plakjes rosbief (vleeswaar).

De smaakvolle jus maak je van hetzelfde kruidenmengsel als waar je het gehakt mee kruidt.

Ik weet het zeker: als je deze rundervinkjes één maal gegeten hebt, dan blijft het daar niet bij! Zo ging dat in mijn gezin ook. En het is altijd opnieuw weer smullen!

Hoe maak je zelf rundervinkjes?

Ingrediënten voor 10 rundervinkjes (voldoende voor 10 mini-gerechtjes of eventueel 3 hoofdgerechten):

• 1 grote ui
• 5 theelepels mild paprikapoeder
• 1/2 theelepel pikant paprikapoeder
• een mespunt cayennepeper
• 2 theelepels gedroogde oregano
• 3 eetlepels versgehakte bladselderij
• 2 eetlepels versgehakte tijmblaadjes of 2 theelepels gedroogde tijm
• 1 teentje knoflook uit de pers
• 2 eetlepels olijfolie
• zout en versgemalen zwarte peper
• 300 gram mager rundergehakt
• 1 ei
• 10 eetlepels paneermeel
• 1 eetlepel + 1 theelepel worcestersaus
• 10 smalle plakjes niet te doorbakken rosbief (vleeswaar)
• margarine en olijfolie voor het braden van de rundervinkjes
• ±4 theelepels aardappelmeel
• ±4 dl koud water
• bouillonpoeder naar smaak
• ±1 kg gebakken aardappeltjes (zie het recept in een eerder blog)
• eventueel een paar mooie takjes bladselderij voor de garnering

Bereiding:

1. Begin met het maken van je pittige kruiden- en specerijenmengsel. Rasp daartoe de helft van de ui boven een schaaltje (de rest is moeilijk te raspen; gebruik dat voor een ander doel). Voeg alle ingrediënten vanaf het paprikapoeder tot en met de zwarte peper toe. Roer er een homogeen mengsel van. 
2. Neem 1/3 deel van het kruidenmengsel en kneed dit door het gehakt samen met het ei, het paneermeel en 1 eetlepel worcestersaus. Braad een piepklein proefhamburgertje van het gehakt. Proef goed en voeg eventueel nog wat extra zout en/of peper toe aan je gehakt.
3. Rol 10 kleine worstjes van het gekruide gehakt. 
4. Bestrooi de plakjes rosbief met een klein beetje zout en peper. Omwikkel elk worstje met een plakje rosbief. Als je dat wilt, kun je rundervinkjes nu op een bord leggen en afdekkken met huishoudfolie. Zo kun je ze prima een dag bewaren in de koelkast. Makkelijk!
5. Verhit een beetje margarine en olijfolie in een braadpan of koekenpan. Braad hierin de rundervinkjes lekker bruin en net gaar. Dat duurt een kleine 10 minuten. Gare rundervinkjes voelen stevig aan als je er met een spatel zachtjes op drukt. 
6. Zorg er ondertussen voor dat je gebakken aardappeltjes warm zijn.
7. Neem je rundervinkjes uit de pan en houd ze warm.
8. Blus de pan af met 4 dl water, waar je het resterende 2/3 deel van het specerijenmengsel en 1 theelepel worcestersaus doorheen geroerd hebt. Los het aardappelmeel op in nog een paar eetlepels water. Voeg het aardappelmeelmengseltje al roerend toe aan de jus. Verwarm alles goed. Zo gauw de jus heet wordt, begint hij te binden. Proef de jus en voeg bouillonpoeder naar smaak toe. 
9. Leg op 10 kleine bordjes een kransje van aardappeltjes. Daar mag een rundervinkje bovenop. Maak je mini-gerechtje af met een paar lepels jus. Garneer eventueel met een paar mooie takjes bladselderij. 

Tips:

1. Als je dat lekker vindt kun je vlak voor het serveren nog wat geknipte bieslookringetjes en/of versgroene gehakte bladselderij door de jus roeren. 
2. Hou je jus over? Schenk hem in een schaaltje en zet dat op tafel, zodat liefhebbers nog wat meer kunnen nemen!

Good old marmercake: een recept om vaak uit de kast te trekken

Ik weet het: het hele web staat al vol met recepten voor marmercake. Waarom zou ik daar dan nog eentje aan toevoegen? 

Het antwoord is heel simpel: deze gouwe ouwe blijft gewoon enorm lekker! En jullie blijven met zijn allen zoeken naar een recept ervoor. Dat zie ik dagelijks in mijn statistieken. Dus waarom zou ik jullie dan teleurstellen? 😉

Veel plezier met dit recept! En probeer je een beetje in te houden, want deze cake is echt verslavend lekker!

Het laatste hapje is misschien wel het allerlekkerste! Wel jammer dat je marmercake daarna op is... Wanneer bak je de volgende?

Hoe maak je zelf de lekkerste marmercake?

Ingrediënten voor een marmercake met een bodem van ±27 cm:

• 85 gram zachte roomboter
• 115 gram zachte plantaardige margarine
• 250 gram witte basterdsuiker
• 1 zakje vanillesuiker
• een snufje zout
• 5 eieren (L)
• 250 gram zelfrijzend bakmeel
• 6 theelepels cacaopoeder
• 12 theelepels witte basterdsuiker (extra boven op de 250 gram dus)
• ±2 eetlepels volle melk
• een beetje boter en bloem of zelfrijzend bakmeel voor het prepareren van de bakvorm

Bereiding:

1. Verwarm de oven voor tot 160°C (conventionele oven met onder- en bovenwarmte).
2. Vet een cakeblik met een bodem van ±27 cm in met boter en bestuif hem vervolgens met een dun laagje bloem of zelfrijzend bakmeel.
3. Klop de boter en de margarine samen romig in een beslagkom. Dat gaat het makkelijkste met een mixer.
4. Voeg 250 gram basterdsuiker, de vanillesuiker en het zout toe en klop door totdat er een smeuïge massa ontstaat. 
5. Klop één voor één de eieren door de botermix. Los elk ei eerst goed op alvorens het volgende toe te voegen. Het mengsel wordt nu heerlijk licht en luchtig.
6. Zeef het zelfrijzend bakmeel boven de kom. Schep of klop het meel door het beslag.
7. Verdeel het beslag in twee gelijke porties.
8. Roer in een schaaltje een egaal, vrij dik mengsel van het cacaopoeder, de resterende basterdsuiker en de melk. Roer het cacaomengsel door één helft van het cakebeslag.
9. Dan wordt het tijd om het cakeblik te vullen. Wissel daarbij het witte en het bruine beslag goed af. Roer op het laatst her en der met een satépen (of een ouderwetse breinaald; zo deden onze oma's dat altijd) door het beslag. Zo ontstaat het karakteristieke marmerpatroon in de cake. Pas op: raak daarbij de wanden en de bodem van de cakevorm niet aan. 
10. Bak de marmercake in ±70 minuten gaar en licht bruin. Prik met een satépen in de cake om de gaarheid te testen. Als er alleen kruimeltjes aan de satépen blijven plakken is hij klaar. Bak de cake nog een paar minuten langer als er nog kleverig beslag aan de satépen zit. Bak je cake niet te lang: hij moet lekker sappig en spekkig blijven en niet te dikke korstjes hebben.
11. Stort de cake op een rooster en laat hem een beetje afkoelen voor je hem serveert. Kun jij zo lang wachten?

Tips:

1. In een eerder blog heb ik een heleboel tips bij elkaar gezet voor het bakken van een cake. Heb je nog nooit eerder cake gebakken? Lees deze tips dan even voordat je aan de slag gaan met je marmercake! 
2. Kinderen vinden het altijd erg leuk om mee te helpen met cake bakken. Daarna smaakt 'hun' cake nóg lekkerder!
3. Krijg je nooit genoeg van cake bakken? Volg dan de link 'cake' en bekijk welke heerlijke cakerecepten ik nog meer voor je in petto heb!

Lentekriebels? 

Serveer dan deze vrolijke blokjessalade in de kleuren van het voorjaar! 

Groente en fruit in zo veel mogelijk verschillende kleuren 

Misschien heb je het ook wel eens gelezen of gehoord: het eten van zo veel mogelijk verschillende kleuren groente en fruit zou gezond zijn. 

Het schijnt dat in elke kleur weer andere stoffen zitten die ons lichaam nodig heeft. 

Variatie zou er zodoende voor zorgen dat je van alles voldoende binnen krijgt.

Vrolijk door gekleurde groenten

Ik ben geen voedingsdeskundige en ik kan me dus ook geen oordeel vormen over deze stelling. Wat ik wel weet is dat je van mooi gekleurd eten vrolijk wordt; voor mij gaat dat in elk geval op! 😊

Bovendien wakkeren flitsende kleurtjes de eetlust aan. De opdracht voor elke (thuis)kok luidt dan ook: serveer gezonde groente- en fruitgerechten zo fleurig mogelijk! Want wie wil dat nou niet: vrolijke eters aan tafel, die zich te goed doen aan grote porties gezonde gerechten?!

Kleurrijke blokjessalade met komkommer, paprika en tomaten

Met deze missie voor ogen bedacht ik mijn kleurrijke blokjessalade. 

In elke hap zit bijna een regenboog aan kleuren: groen, rood, geel, oranje. 

De salade is heel makkelijk om te maken en iedereen vindt hem lekker, zeker kinderen.

Ik maak mijn salade het liefst met zo veel mogelijk tinten paprika's, rijpe trostomaatjes en knapperige komkommers. Het allerlekkerst wordt hij als je van die kleine snackkomkommertjes gebruikt; die hebben nog meer bite dan gewone komkommers. En ze ogen ook nog eens mooi met hun heldergroene schilletjes!

De dressing met witte balsamicoazijn, extra vergine olijfolie en verse blaadjes basilicum smaakt heerlijk fris en zomers.

Dus: wil je vast een voorproefje van het fleurige seizoen dat komen gaat? Zet dan deze blokjessalade op tafel!

Kleurrijke blokjessalade met komkommer, paprika en tomaten

Ingrediënten voor een bijgerecht voor ±6 personen:

• 10 snackkomkommers
• 1 gele paprika
• 1 rode paprika
• 1 oranje paprika
• 8 Tasty Tom-tomaten
• ±8 eetlepels witte balsamicoazijn
• ±10 eetlepels extra vergine olijfolie
• ±3 theelepels poedersuiker
• zout en versgemalen zwarte peper
• de blaadjes van een flinke bos basilicum

Bereiding:

1. Snijd de komkommertjes en de paprika’s in kleine blokjes van ongeveer gelijke grootte.
2. Snijd de tomaten in partjes en verwijder de pitten en de zaadlijsten. Snijd het vruchtvlees van de tomaten ook in blokjes.
3. Laat de kleinste blaadjes van de basilicum heel en snipper de rest (of snijd de blaadjes in dunne reepjes). 
4. Vermeng alle groenten en schep er de azijn, de olijfolie, de poedersuiker en de basilicum doorheen.
5. Voeg zout en peper naar smaak toe. Proef en voeg eventueel nog wat extra olie, azijn of suiker toe, zodat de salade helemaal aan je wensen voldoet. 

Tips:

1. Je kunt de groenten ruim voor de maaltijd al snijden. Bewaar ze afgedekt in de koelkast. Maak de salade pas af vlak voor het serveren.
2. Je kunt meer kleuren paprika kopen als er nog meer personen mee-eten of als je je salade twee dagen achter elkaar serveert.
3. Op dit blog vind je nog meer vrolijk gekleurde groente- en fruitgerechten. Een paar van mijn favorieten zijn de salade van cherrytomaatjes, artisjokkenharten, olijven en verse kruiden, mijn peperonata, een zomerse Italiaanse tomaat-paprikastoofpot, de regenboogworteltjes uit de oven met honing en citroentijm, de dronken aardbeiensalade en de wentelteefjes van briochebrood met rood fruit. Volg de rode linkjes voor de recepten!