Fruitige tomaten, smaakvolle rode puntpaprika's, geroosterde teentjes knoflook, kruidige verse bladselderij en tijm, een snufje oregano, geurige extra vergine olijfolie en een scheutje room: van deze mediterrane ingrediënten samen kun je een lekkere soep maken!
Toch mis je nog wat als je die soep proeft. Hij ontbeert diepgang. Mijn geheim - nou ja, na vandaag dus niet meer - is dat ik er een schepje Spaans gerookt paprikapoeder, pimentón, aan toevoeg. Dat geeft de soep een licht rokerige smaak. Precies wat hij nodig heeft. Het tilt hem als het ware een niveau hoger: met pimentón maak je van je lekkere tomaat-paprikasoep in één keer een echt verrukkelijke tomaat-paprikasoep!
Wat die pimentón precies is en wat het verschil is met 'gewoon' paprikapoeder? Hieronder leg ik het allemaal uit!
Paprikapoeder uit twee landen
Er zijn twee landen die beroemd zijn om hun paprikapoeder.
Het eerste paprikaland kunnen we allemaal zo noemen: Hongarije! Logisch, want daar hebben ze het nodig om hun nationale gerecht, goulash, mee te maken. Het schijnt dat de Hongaren maar liefst 1 kg paprikapoeder per persoon per jaar gebruiken. Onvoorstelbaar toch?!
Het tweede paprikapoederland is minder bekend. Althans, het land is wel bekend, maar er zijn maar weinig Nederlanders die weten dat er veel paprikapoeder wordt gemaakt.
Ik heb het over Spanje! In Spanje spreken ze niet van paprika, maar van pimentón (met de klemtoon op de laatste lettergreep).
Het Spaanse paprikapoeder verschilt behoorlijk van het Hongaarse. Daarover zo meteen meer.
Hongaars paprikapoeder
In Hongarije maken ze paprikapoeder van rode paprika's.
"Niets nieuws," zeg je dan. Maar het poeder wordt niet gemaakt van de rode blokpaprika's die wij kennen van de Nederlandse groenteboer. Zelfs niet van de grote rode puntpaprika's die de laatste jaren steeds populairder worden.
Welke paprika's dan wel worden gebruikt? Het gaat om een kleinere soort rode puntpaprika's. Die worden, zelfs in Hongarije, vrijwel niet vers gegeten. Ze worden puur en alleen gekweekt - velden en velden vol - om te verwerken tot paprikapoeder.
In grote fabrieken worden de paprika's eerst gedroogd (van oorsprong gebeurde dat in de zon) en daarna vermalen. Er worden twee soorten poeder van gemaakt: een milde, zoete variant en een pikantere.
Meer weten over de paprikaproductie in Hongarije? Dan is de aflevering van het televisieprogramma
De Aardappeleters over goulash is een must see voor jou!
Spaans paprikapoeder
Pimentón wordt gemaakt van een ander ras rode puntpaprika's dan de Hongaarse, al lijken de twee soorten wel veel op elkaar.
Hét grote verschil tussen Hongaars en Spaans paprikapoeder zit hem echter niet in de grondstof, maar in de productiemethode.
De Spaanse broertjes van de Hongaarse paprika's worden niet 'gewoon' gedroogd, maar droog gerookt!
Dat levert een poeder op met een heerlijk aroma en een typische rooksmaak. Een smaak die niet meer weg te denken is uit de Spaanse cuisine.
Zo zou de Spaanse
chorizo maar een heel gewoon droog worstje zijn als er geen
pimentón in zat! En natuurlijk gaat er heel wat
pimentón in de overheerlijke Spaanse
patatas bravas, pittige gebakken aardappels.
Wie al eens de Canarische Eilanden heeft bezocht, heeft vast wel eens de typisch Canarische
salsas,
mojos (spreek uit: "mochos"), geproefd. Ook die worden extra smaakvol door een flinke schep
pimentón.
En ken je de Noord-Afrikaanse pikante smaakmaker
harissa? Precies: ook daarin zit
pimentón.
Pimentón dulce, agridulce en picante
Gerookt paprikapoeder is er in drie smaken:
dulce (zoet),
agridulce (een beetje pikant) en
picante. Die laatste smaak spreekt voor zich.
Persoonlijk gebruik ik het liefst de zoete variant. Zo kan ik zelf bepalen hoe pikant ik mijn gerecht wil maken, zonder de paprikasmaak te beïnvloeden. Ik koop mijn blikje meestal bij Dille & Kamille, al zag ik dat ze tegenwoordig zelfs gewoon in supermarkt verkocht worden. Makkelijk! Overigens doe ik met zo'n blikje wel een jaar. Zo lang kun je het ook goed houden. Te oude
pimentón verliest zijn helderrode kleur en kan muf worden van smaak.
Koken met Hongaars paprikapoeder en Spaanse pimentón
Je kunt het Hongaarse paprikapoeder en de Spaanse pimentón gebruiken in zowel koude als warme gerechten.
De smaken komen echter het beste tot hun recht als je de poeders verwarmt. Kijk daarbij wel uit: verwarm paprikapoeder nooit op een te hoge temperatuur en fruit het niet te lang. Dan wordt het poeder bitter.
Kook je paprikapoeder mee in een stoofpot of een soep, dan maakt de kooktijd niet uit voor het resultaat.
Mijn favoriete gerechten met pimentón
Verder gaat er in mijn
lievelingsrecept voor goulash niet alleen Hongaars paprikapoeder, maar ook een snufje
pimentón. De rooksmaak maakt het gerecht wat mij betreft pas helemaal af! Dit recept moet je zeker een keer proberen.
Tosti's eten wij hier in huis altijd op zijn Argentijns,
tostados; die kennen we nog van toen we daar woonden. Ook daarin zorgt de
pimentón weer voor een extra dimensie, een beetje extra pit. En weer die rooksmaak natuurlijk; die past perfect bij kaas!
Tot nu toe allemaal internationale recepten. Maar wist je dat
pimentón ook heerlijk is in oerhollandse kost als
kapucijners? Probeer mijn recept maar eens uit!
Romige soep van geroosterde tomaten, puntpaprika’s en een schepje pimentón
En dan nu eindelijk het recept waarvoor je gekomen bent: de romige soep van geroosterde tomaten en puntpaprika's.
Niet de puntpaprika's die voor het paprikapoeder worden gebruikt, maar de grotere soort. Ik koop ze voor deze soep altijd kant-en-klaar gepeld in een pot. Ik weet het, ik ben niet zo van de potjes, maar deze zijn erg lekker én handig. Want puntpaprika's zijn vanwege hun dunne vruchtvlees moeilijk zelf te pellen.
De tomaten voor de soep moeten wel vers zijn; én mooi rood en rijp. Hoe roder, hoe zoeter, en hoe lekkerder je soep wordt.
Ontvel ze voordat ze de oven in gaan. Dat kost iets meer tijd, maar de structuur van je soep wordt er veel zachter van. Door het roosteren samen met een lekkere scheut olijfolie, een paar teentjes knoflook, een beetje suiker en een hand verse tuinkruiden worden je tomaten verrukkelijk smaakvol.
Na een halfuurtje roosteren pureer je je groenten en maak je er met door toevoeging van bouillon een soep van.
En dan komt eindelijk de pimentón aan bod. Die versterkt de roostersmaak van de groenten doordat hij gerookt is!
Nog een bekertje room erbij, wat worchestersaus en een flinke portie versgehakte basilicum en klaar is je tomaat-paprikasoep. Mmmm, zo lekker! 😋
Romige tomaat-paprikasoep met gegrild knoflookbrood, pizzatoast of bagelchips
Je kunt met deze soep veel kanten uit. Serveren als een voorgerecht ligt het meest voor de hand. Maar als hoofdgerecht slaat hij ook geen slecht figuur. Geef er
gegrild knoflookbrood bij of, heel speciaal, zelfgebakken
pizzatoast. Dat is flinterdunne toast gemaakt van gekruid pizzadeeg. Geen zin om zelf deeg te maken? Wat dacht je van krokante
bagel chips met knoflook en basilicum als bijgerecht?
Mediterrane soep van geroosterde tomaten, puntpaprika's en pimentón als amuse of verrine
Ook erg leuk: serveer je soep als kleine amuse vóór een uitgebreid mediterraan menu. Of vóór een feestelijke brunch of
high tea! Af en toe maak ik ook een compleet tapasbuffet of een (al dan niet vegetarisch)
share-menu met allemaal kleine hapjes. Daar passen kleine (koffie)kopjes of glaasjes, verrines, met deze romige tomaat-paprikasoep perfect bij! Dat ziet er schattig uit, toch?!
Hoe dan ook, je zult vast veel plezier beleven aan dit verrukkelijke recept. Gegarandeerd! Eet smakelijk!
Romige soep van geroosterde tomaten en puntpaprika’s
Ingrediënten voor een voorgerecht voor 4 à 5 personen:
- 12 mooi rode, rijpe trostomaten
- 1 pot kant-en-klare gepelde rode puntpaprika’s
- 1 Spaanse peper zonder pitjes en zaadlijsten
- 4 teentjes knoflook zonder velletje
- 4 takjes bladselderij, een beetje gekneusd
- de blaadjes van 4 takjes tijm, een beetje gekneusd
- 1 theelepel gedroogde oregano
- 2 eetlepels pure olijfolie
- 2 theelepels suiker
- zout en versgemalen zwarte peper
- ±½ theelepel pimentón (Spaans gerookt paprikapoeder)
- ½ liter groentebouillon (van blokjes is prima)
- 1/8 liter slagroom
- 2 theelepels worcestersaus
- ±2 eetlepels versgehakte basilicumblaadjes
Bereiding:
- Verwarm de oven voor tot 175°C.
- Kruis de tomaten in en dompel ze 20 seconden onder in kokend water. Daarna laten de velletjes gemakkelijk los. Verwijder ook de pitten en snijd het vruchtvlees grof in stukken.
- Snijd de paprika’s en de Spaanse peper in stukjes.
- Vermeng in een grote ovenschaal of braadslede de tomaten, de paprikastukjes, de stukjes Spaanse peper, de hele teentjes knoflook, de bladselderij, de oregano, de tijm, de olijfolie, de suiker en wat zout en peper. Rooster de groenten 30 minuten in de oven. Schep ze af en toe om.
- Neem de geroosterde groenten uit de oven. Pureer ze in de foodprocessor. Schep de puree in een pan.
- Voeg de pimentón en de bouillon toe en verwarm het geheel.
- Maak de soep op smaak met de basilicum, de worcestersaus en de slagroom. Proef en voeg eventueel nog wat pimentón, basilicum, zout en/of peper toe.
Tips:
- Lees het blog hierboven voor meer informatie over pimentón én een heleboel serveertips!
- Je kunt de soep al eerder (eventueel zelfs een dag eerder) maken en vlak voor je etentje opwarmen.
- Ga voor nog meer recepten voor zomerse soepen naar mijn blog van een paar dagen geleden.